Met de club naar de Vogezen

Het is inmiddels een fijne traditie van de Lingerenners geworden om regelmatig in het buitenland te fietsen. Het ene jaar zoeken we wat verder weg naar mythische cols, terwijl we het andere jaar dichter bij huis, maar net over de grens, op de fiets stappen. Dit jaar vertrok een groep van ongeveer dertig Lingerenners naar La Bresse, de perfecte uitvalsbasis voor talloze ritten in het hart van de Vogezen.

Routenetwerk snel in kaart gebracht
Vier enthousiaste leden vertrokken al op maandag naar Frankrijk, gevolgd door de rest van de club op woensdag. De evenementencommissie had een prachtig, fietsvriendelijk hotel gevonden dat een schot in de roos bleek te zijn. Terwijl heel Europa onder de hitte gebukt ging, was het in de Vogezen niet anders. De hoge temperaturen voorspelden al dat er flink wat vocht verloren zou gaan tijdens de vele beklimmingen. Gelukkig hadden de vier verkenners het routenetwerk snel in kaart gebracht, zodat de rest van de groep op woensdag meteen op de fiets kon springen. Dit ritme bleef de daaropvolgende dagen gelijk: ontbijten, fietsen, zwemmen en ontspannen, om ’s avonds weer gezamenlijk aan tafel te schuiven.

Ieder zijn eigen tempo bergop
De groep was divers en elke reguliere groep (A+, A, B en C) was vertegenwoordigd. Aan tafel werden routes en ervaringen uitgewisseld en spontaan vormden zich kleine groepjes. Onderweg werd niet alleen gefietst, maar ook volop genoten van de omgeving en de lokale horeca. Hoewel de sfeer altijd gezellig was, blijft het klimmen een individuele uitdaging. Iedereen vond zijn eigen tempo bergop. Zoals verwacht blonk de een hierin uit, terwijl de ander het wat zwaarder had, maar bovenop de beklimmingen werd er altijd geduldig op elkaar gewacht.

‘Monstertocht op het programma’
Op de ‘rustdag’ werd er zelfs aan een andere sport gedaan: een aantal Lingerenners waagde zich op de rodelbaan, waarbij er zelfs eentje uit de bocht vloog! Hoewel deze dag eigenlijk bedoeld was voor rust, hield het actieve thema stand, maar de benen werden wel gespaard voor een andere traditie. Bij iedere buitenlandtrip staat er namelijk een ‘monstertocht’ op het programma, geheel volgens de wetten van de Lingerenners. Dit keer was de beroemde Trois Ballons aan de beurt, een cyclo die op het verlanglijstje van menig wielrenner staat. De Ballons zijn de hoogste beklimmingen in de Vogezen, te herkennen aan een weerstation op de top – een welkome afleiding tijdens het afzien.

De zaterdag vormde letterlijk het hoogtepunt van de week, met zowel lange afstanden als pittige hoogtemeters. De echte toppers van de vereniging gingen de uitdaging aan en fietsten bijna 170 kilometer met 4000 hoogtemeters. Voor de overige Lingerenners was 145 of 100 kilometer voldoende. Typisch voor het groepsgevoel dat tijdens zo’n week ontstaat, was het ontvangstcomité dat bij het hotel klaarstond om de eerste heldenverhalen in ontvangst te nemen. Veel gehoorde opmerkingen gingen over de hoge temperaturen, die de omstandigheden extra zwaar maakten. Maar eigenlijk was dat een luxeprobleem, aangezien de Vogezen berucht zijn om hun grillige weersomstandigheden. Onder natte omstandigheden zouden de afdalingen een heel andere uitdaging zijn geweest.

Gezelligheid en saamhorigheid
De zondagochtend voelt tijdens zo’n fietstrip altijd wat vreemd. Sommige Lingerenners vertrekken vroeg, zonder te wachten op het ontbijt, terwijl anderen nog even samen ontbijten en terugblikken op de afgelopen dagen. Er worden al nieuwe plannen en ideeën voor de volgende trip besproken, een onderwerp voor de komende ledenvergaderingen. Deze reis bewees opnieuw dat een fietsvakantie vanuit de vereniging door elke deelnemer wordt gewaardeerd. Niveau, leeftijd, snelheid en motivatie lijken daarbij geen grote rol te spelen. Ondanks de uitdagingen van de bergen was er voor iedereen een mooie rit te vinden. Wat telkens weer opvalt, is dat de gezelligheid en saamhorigheid van de club tijdens deze paar dagen in volle glorie tot uiting komen.

Clubweekend in Luxemburg – een verslag van Nico Ouburg

Hallo allemaal!

Hier een verslag van hoe ik het clubweekend in Luxemburg heb ervaren.

Het begon donderdagochtend vroeg met het ophalen van medeveteraan Henk en nadat we zijn gloednieuwe Pinarello zorgvuldig op de imperiaal hadden gezet, vertrokken we naar Pommerloch in Luxemburg. We hadden erop gerekend onderweg wel anderen te zien, immers een groot deel van de bijna 30 renners en rensters wilden ’s middags al een verkenningsrondje maken, maar de eersten zagen we toch pas bij aankomst in Pommerloch.

De lucht was toen echter donker en de weer-appjes onheilspellend. Het gezamenlijk vertrek werd keer op keer uitgesteld. Maar toen het toch even droog werd heb ik mijn fiets gepakt en ben toch (als enige) vertrokken voor een ritje. De eerste 35 km bleef het droog en ik verheugde me al op de gezichten van de anderen, wanneer ik als dappere dodo weer terug zou komen bij het hotel. Maar het liep anders. Op het laatste stukje terug ging de hemelpoort open en regende ik binnen enkele minuten drijfnat. Buiten dat werd het donker en kwam ik op een weg terecht die twijfels bij me opriep of ik daar wel mocht fietsen. Auto’s toeterden of knipperden echter niet en even later werd ik voorbij gereden door Lingerenners in de auto, die een stukje waren wezen wandelen, en ook zij gaven geen tekens dat ik verkeerd zou zitten. Terug in het hotel lekker onder de warme douche en daarna gezellig een drankje gedaan met aansluitend een goede maaltijd.

De vrijdag oogde qua weer een stuk beter en de C groep en C+ groep vertrokken al vroeg voor hun tochten. De B-groep was opgesplitst in een vroege groep en een late groep. De late groep zou wachten op de laatste Lingerenners die rond half tien zouden aankomen vanuit Nederland. Al snel werd duidelijk dat ze veel vroeger zouden arriveren, eerder vertrokken en flink doorgereden, waarna we besloten om toch met één groep te gaan fietsen.

Na de start rond negen uur ging het gelijk flink omhoog en het bleef de hele dag nagenoeg alleen maar klimmen, afdalen en gelijk weer klimmen. Ondanks dat het heuvels zijn hebben we stijgingspercentages gezien op onze fietscomputers van 15% en steiler. Vanzelfsprekend heeft Claire weer de nodige QOM’s verzameld waardoor de term Koninginnenrit echt wel van toepassing was. Halverwege de rit kregen we een app van Johan, die enkele meters na het vertrek zijn derailleur van de fiets trapte, dat hij via de Hotelmanager een fiets had kunnen lenen bij een bedrijf in de buurt en ook aan een eigen rondje was begonnen. Tijdens een van de steilste klimmen kwam Stijn naast me fietsen en waar ik geen woord meer kon uitbrengen van het hijgen, kletste hij me de oren van de kop terwijl hij ook nog eens een 28 als grootste tandwiel achter had. De jaren gaan tellen 

Op enig moment kwam er toch weer een erge donkere lucht en ook de buienradar was alarmerend en we besloten om een deel van de voorgenomen route te skippen en de snelste weg terug naar het hotel te kiezen. Voor de verandering had de C+ groep die dag meer kilometers gemaakt dan de B groep en daar waren sommigen best fier op.

Aan het einde van de middag opnieuw met z’n allen onder het genot van een biertje sterke verhalen vertellen over wat we die dag allemaal hadden meegemaakt en daarna een maaltijd die door Kees bami werd genoemd, maar die meer aan een soort pasta deed denken. Maar maakte niets uit, was heerlijk.

Op zaterdag opnieuw op pad, nu zelfs lekker zonnig en de sfeer was geweldig. Samen fietsen creëert een unieke band, en het was duidelijk dat dit weekend niet alleen ging over het beklimmen van bergen, maar ook over het versterken van onze vriendschappen binnen de club. Het saamhorigheidsgevoel was overal voelbaar. We moedigden elkaar aan, deelden tips en verhalen, en genoten van elkaars gezelschap.

De route was prachtig (super goed bedacht en uitgezocht door Ivo) en de omgeving wonderschoon. In tegenstelling tot vrijdag hadden we soms wel wat enigszins vlakke kilometers maar toch ook weer de nodige hoogtemeters. Aan het einde van de dag ruim 100 km en meer dan 2000 hoogtemeters, dus voldoende om trots op te zijn. Een anekdote is nog wel dat halverwege de rit de weg plots werd gekruist door een soort beekje waarbij je van de fiets moest om via een smal bruggetje naar de andere kant te gaan, of toch maar met de fiets over grote platte rotsstenen door het ondiepe beekje te rijden. Johan aarzelde en kwam op de stenen tot stilstand en viel om (op zijn geleende fiets). Dat was schrikken voor hem. Ik heb niet durven vragen of zijn geleende fiets beschadigd was.

Op zondag was er niemand die nog ging fietsen en na twee intensieve dagen op de fiets was het tijd om afscheid te nemen van Luxemburg en terug te keren naar huis. Het weekend had zijn uitdagingen, vooral met dat onstuimige weer bij aankomst, maar het was zeker de moeite waard. We hebben niet alleen geweldige fietstochten gemaakt, maar ook herinneringen gecreëerd die we voor altijd kunnen koesteren. Het clubweekend van de Lingerenners in Luxemburg was een succes op alle fronten: sportief, sociaal en plezierig. Ik kijk nu al uit naar het volgende avontuur op de fiets!

De Langste Dag – een verslag van Jeroen Wijngaard

De daadwerkelijke ‘langste dag’ inmiddels achter ons maar voor drieëntwintig leden van de Lingerenners was het afgelopen zaterdag D-day, net als twee hondstrouwe verzorgers.  

Ik weet niet hoe mijn collega fietsers aan de start stonden – de stilte rondom De Pluk was wat mij betreft kenmerkend – maar mijn zelfvertrouwen was niet groot. Ik stel mijn doelen altijd (te) voorzichtig dus met een dergelijke monstertocht stelde ik mezelf danig op de proef, niet lichamelijk maar vooral mijn gemoedstoestand had er de dagen voorafgaand onder te leiden. Laten we dat maar op onzekerheid schuiven. 

Om dat beeld ook maar direct weer te kantelen: fysiek viel het reuze mee. De enige serieuze belemmeringen bleken de oneindige uren op de fiets, met bijkomende mentale strubbelingen en de zomerse warmte. Daarover later meer, want de start bij De Pluk was magisch. Ik heb op een reguliere zondagochtendrit al moeite om op tijd te zijn, dus voor mij als fervente uitslaper was 05.50 uur een bijzondere tijd om de net opgekomen zon te mogen verwelkomen. Daarnaast hing het gewoon in de lucht dat er iets bijzonders ging gebeuren. Toen ik met mijn vijf medefietsers Geldermalsen uitreed zagen we nog net het laatste wiel van de rappere vrouwen en mannen voor ons uit. We zagen ze sneller dan verwacht weer terug, zij incasseerden vóór Culemborg hun eerste technische malheur en niet de laatste lekke band van deze lange dag.  

Bekende wegen dus, die eerste paar uur op de fiets. Dauw dat langzaam opstijgt uit de velden, geen hond op de weg en alleen verbaasd vee dat ons aanstaarde vanuit een verlaten weiland. Na de brug van Vianen kregen we een eerste indruk van onze hondstrouwe volgelingen: Kees en Marius. Het is dat we hun partners kennen anders zou je ze zomaar als een stel kunnen zien. Marius die je aanmoedigde om vooral goed te drinken, je nog op het laatste moment een banaantje toestopte voordat je wegreed en Kees die de troep achter je reet opruimde voordat je er zelf maar aan kon denken. Het deed mij een beetje denken aan mijn puberzoon, die ik dan in dit geval was en Kees en Marius mijn ouders. Oké we dwalen af, want kort na Vianen volgde weer een memorabel moment en werd voor ons als C+-groep de slogan van de dag geboren. 

In Nieuwegein langs het kanaal ter hoogte van het ziekenhuis was de weg hinderlijk opgebroken en moesten onze mini-pelotons dwars door een parkeergarage. Dit was nét op het moment dat de B-groep hun vertrouwede plek – voor de C+ uit weer wilde innemen – alleen reden ze verkeerd. Ik stond rustig langs de kant van de weg op de foutrijders te wachten toen ik iemand uit het snelle mini-peloton hoorde roepen: “gewoon rechtdoor gaan en blijven trappen.” Ik hoef niemand uit te leggen dat deze zin de rest van de dag is blijven hangen en onze lijfspreuk is geworden. Na het geslinger, de routemakers wilde per se dat we niet door Utrecht gingen denk ik, kwamen we langs de Vecht terecht. Meanderend en nog steeds zonder veel overig verkeer konden we genieten van de omgeving tot onze begeleiders ons weer stonden op te wachten met koffie. Hollandser dan deze noordwestelijke route hadden we het niet kunnen hebben, bedenk ik mij nu achteraf. De bruggetjes, ontelbare zijn we overgegaan en de kenmerkende stadjes, dorpjes, watertjes, polders en vergezichten. Als de organisatie dit slim speelt verwacht ik dat ze een gouden concept hebben bedacht om deze rit een aantal keer per jaar met toeristen te gaan doen. Een verdienmodel voor de vereniging.  

Als klap op de vuurpijl – ik sla het stuk Amsterdam even over, dat was een rommelig stuk met wel veel infrastructurele hoogtepunten – sta je dan even ten noorden van onze hoofdstad bij de eerste pont van de dag. De schipper met Amsterdamse tongval en wel open voor een grapje zet ons over. Het is het eerste moment dat ik op de teller kijk en besef dat we inmiddels meer dan honderd kilometer hebben gereden. Ik ben verbaasd want de benen voelen nog sterk, ongeveer alsof ik net langs de A15 rijd richting Tiel. Als ik de rest van de groep bekijk staan we er ongeveer allemaal hetzelfde bij; fris en fruitig. Twee weken daarvoor reden we met nagenoeg dezelfde groep een zondags rondje van iets meer dan honderd kilometer en liep het anders. Ik snap nog steeds niet wat ervoor zorgde dat het zo makkelijk ging. Het vooruitzicht, de instelling om een monsterlijke afstand te rijden of waren het de omstandigheden. De magie van een onbekende omgeving, nieuwe wegen en een uitzonderlijk mooie dag qua weer? Het zijn eigenlijk vragen die ik nog steeds heb want dit gevoel was lang vol te houden. Het landschap veranderde van een polder naar een duingebied, het verkeer nam toe en daarmee het besef dat we de kust hadden bereikt. Het werd nooit echt chaotisch maar na de rust van het ochtendgloren wel een kleine domper om opeens niet meer alleen – of in dit geval met zijn zessen – op de wereld te zijn.  

Na deze zinderende ronde door het duinlandschap was de lunch precies op het juiste moment. Broodjes, soep en even wat anders drinken dan water of sportdrank werden bijna zwijgend naar binnen gewerkt. Of het nu de angst was voor de kilometers die nog lagen te wachten of vermoeidheid was niet duidelijk maar ik heb mijn collega-fietsers toch even anders gezien dan tijdens een reguliere rit. Het is misschien minder spannend dan ik nu beschrijf want het lijkt achteraf juist meer alsof iedereen gewoon heel ontspannen was. Opnieuw de fiets opstappen leek dan voor niemand een probleem. De B-groep weer netjes voor ons uit, in een race op weg naar de pont bij Velsen. De fietstocht door Noord-Holland werd muzikaal omlijst door overvliegende vliegtuigen die ons in de juiste richting gidste. Met een slinger ontweken we de hoofdstad om via Amstelveen bij Oudekerk aan de Amstel weer met de rivier mee te slingeren naar Mijdrecht. 

In mijn ogen brak hier het breekpunt van de tocht aan, de kilometers begonnen te tellen en de warmte werd net iets teveel. Aan de weg die met de Amstel mee kronkelt lijkt geen einde te komen dus hoe mooi is het als opeens de grijze Skoda van Ernst – bemand door Marius en Kees – weer opdoemt aan de horizon. Die laatste zestig kilometer gingen in een roes voorbij, in mijn geval op de automatische piloot en steeds een stukje harder. Onze groep was hecht dus het tempo werd verstandig gedrukt om allemaal ongeschonden weer in Geldermalsen aan te komen. Over de laatste bekende wegen roken we de eindstreep en groeide het besef dat we allemaal een grens waren gepasseerd. 

’s-Ochtends tijdens de eerste kilometers zei iemand uit mijn groep dat dit soort evenementen hét moment zijn om te laten zien of de vereniging een echte vereniging is. Of er saamhorigheid is en we een club zijn voor iedereen. Op het moment dat we het Marktplein opreden en er een applaus – van de B-groep – losbarstte wist ik dat deze monstertocht zichzelf bewezen had. Ook op het terras waren de gesprekken nog gedimd en niet te uitbundig, iedereen genoot van een mijlpaal en het samenzijn. Ook leden die niet gereden hadden kwamen een kijkje nemen en een praatje maken. Dit waren de Lingerenners op hun best, voor iedereen persoonlijk omdat ze een fietsdoel konden afvinken en als vereniging met opnieuw een mooi evenement.  

Jeroen Wijngaard 

Het clubseizoen is weer begonnen voor WTC de Lingerenners!

Onder het genot van een kop koffie, een croissantje en een toespraak door onze voorzitter Tjeu is vanochtend het clubseizoen van WTC de Lingerenners weer afgetrapt in De Pluk.

Er stonden maar liefst 60 leden aan de start, en de eerste clubritten op de weg zijn weer gemaakt! Het belooft weer een mooi seizoen te worden met ritten voor iedere versnelling en leuke clubactiviteiten waar de evenementencommissie al druk mee bezig is. Om ervoor te zorgen dat we het ook dit seizoen gezellig met elkaar houden een paar aandachtspuntjes:

1. Groepsgrootte max 12 fietsers

2. Wegkapiteins maken de route en begeleiden de groepen, respecteer ze en ondersteun ze

3. Degenen die op kop fietsen zijn in feite de wegkapiteins, denk voor de groep en neem geen risico’s.

4. Samen uit, samen thuis en tenslotte

5. Respecteer elkaar en blijf in gesprek. Humor en een korreltje zout doen wonderen 🙂

Een mooi fietsseizoen toegewenst!

De kou trotseren tijdens de jaarlijkse Snerttocht!

Op zondagochtend 8 januari verzamelden de leden van WTC de Lingerenners zich bij De Pluk te Geldermalsen. Het was koud en mistig, maar dat weerhield de leden er niet van om de jaarlijkse Snerttocht te rijden. De Snerttocht is een traditie in wording waarbij er een lange rit wordt gemaakt door de winterse omgeving, om vervolgens te eindigen met een gevulde kop snert in het clubhuis van de fietscrossvereniging.

Om half 10 vertrokken de eerste groep wielrenners richting het zuiden van het pittoreske Noord-Brabant, waar het parcours zich doorheen zou slingeren. De tocht bevatte voor iedere versnelling een passende afstand en voerde de deelnemers langs pittoreske dorpjes, uitgestrekte weilanden en door de bossen van de Loonse en Drunense duinen. Onderweg waren er geen stops gepland, het tempo lag dan ook hoog!

Na een lange en koude tocht keerden de deelnemers terug bij het clubhuis. Daar werden ze verwelkomd door de leden die hadden deelgenomen aan de andere afstanden. De wielrenners konden zich opwarmen bij de verwarming en genieten van de geur van de heerlijke snert die in grote pannen op het vuur stond te pruttelen.

Na het eten werd er nog lang nagepraat over de tocht. Er werden verhalen uitgewisseld over mooie momenten onderweg en er werd gelachen om de grappige situaties die waren ontstaan. Het was een geslaagde dag voor de WTC de Lingerenners Snerttocht!

Reisverslag Dolomieten Clubreis

Binnen de club van WTC Lingerenners is het inmiddels een traditie om elke twee jaar een clubtour in het buitenland te organiseren. Dit jaar stond een reis naar de Dolomieten op het programma. De huidige voorzitter had hier ook al jaren flink reclame voor gemaakt. Je kunt werkelijk mooie routes rijden in het prachtige decor van de Dolomieten, en in het bijzonder in het deel van het Sella massief (Unesco werelderfgoed). De ultieme uitdaging bestaat daar in het rijden van het parcours van de Dolomieten marathon. In goed Ladinisch; “Maratona dles Dolomites”. (Ladinisch is een Reto-Romaanse taal die alleen in de Dolomieten wordt gesproken). De Maratona is een zeer populaire grote granfondo die elk jaar in juni of juli wordt verreden.  Deze granfondo kent drie afstand- en hoogtevarianten, waarvan de zwaarste variant 138 km en 4000 hm bedraagt. Veel clubleden hadden zeker interesse om de uitdaging van dit parcours graag aan te gaan, ook al hadden ze wel eens gehoord van een kuitenbijter genaamd, passo Giau.

Hotel Rezia in La Villa – La lla – Stern

De evenementencommissie had wederom haar best gedaan om een mooie en geschikte verblijfslocatie langs het parcours te vinden. Met recht, dat was weer gelukt. Een grote groep Lingerenners verbleef tussen 7 en 11 September dit jaar in Hotel Rezia in La Villa – La lla -Stern in het Alta Badia-dal.  

In die regio hebben trouwens alle plaatsnamen en bergpassen drie dubbele namen.  Italiaans, Ladinisch en Duits. Lekker makkelijk of juist extra verwarrend. Tja, dat verschilt per persoon.

Hotel Rezia is werkelijk schitterend gesitueerd in een groen teletubbie-achtig graslandschap met majestueuze ijzerkleurige rotspartijen op de achtergrond.  Als daar de zon schijnt, word je werkelijk verblind door de schoonheid van dit decor. 

De dagen vooraf

Een aantal clubleden was al eerder afgereisd naar de Dolomieten. Zij waren op zondag gearriveerd en wilden profiteren van een aantal extra dagen acclimatiseren en fietsen in de schitterende bergomgeving. Op de aansluitende zaterdag stond de grote Maratona dles Dolomites-ronde op het programma. Het doel was om gezamenlijk te starten en een eigen afstandsroute te gaan rijden. Voor ieder dus een geschikte afstand, oftewel, voor ieder de juiste ‘versnelling’. 

In aanloop naar ‘de zaterdag’ waren de weersomstandigheden nogal wisselvallig.  Aan het begin van de week was het zonnig, warm en droog. Donderdag en vrijdag waren wisselvallig. DIt is mild uitgedrukt. Voor de deelnemers die woensdag waren gearriveerd betekende dit dat de voorbereidende acclimatiseringstochtjes in het teken stonden van buien ontwijken. Dat is een aantal deelnemers gelukt, anderen hadden iets minder geluk.

Gelukkig gaf de weersvoorspelling voor zaterdag aan dat het zonnig en overwegend droog zou zijn, met een kleine kans op een bui aan het einde van de middag. En dat klopte deze keer helemaal.

Eindeloos veel bergpassen

Alle clubleden hadden in de aanloop naar Zaterdag al van de prachtige omgeving kunnen genieten. De een wat meer dan de ander. Zon en regen, warm en koud, met of zonder Italiaanse lunch onderweg. Het zat er allemaal bij. 

De bergpassen rond het Sella massief, bestaande uit de passo Campolongo, Pordoi, Sella en Gardena vormen een geweldig mooie route langs de flanken van het Sella massief. Indrukwekkende vergezichten en prachtige natuur. Je kunt deze ronde van ongeveer 60km linksom of rechtsom rijden. Allemaal even mooi.

Ook werden er door deze en genen fanatiek getraind op andere bergpassen zoals onder andere de Falzarego, Valparola, de Giau, de Fedaia of de Mur dl Giat.  Het fijne in dat deel van de Dolomieten is dat je heel veel variatie in je routes kunt aanbrengen. Het houdt niet op. Met de nodige trainingsritten in de benen kreeg de één zeer veel zelfvertrouwen in de zaterdag en een ander soms wat twijfels.  Een ding hadden ze allen wel gemeen. Zaterdag wordt een bijzondere dag! En dat werd het.

De grote Maratona dles Dolemites dag

Zaterdagochtend kon er extra vroeg worden ontbeten, want het vertrek stond gepland om 7 uur.  Het ochtendlicht was net aangegaan, maar de temperatuur was nog niet helemaal wakker. Het was op 1400 m ongeveer 3-4 graden. Toch wel frisjes. Er lag zelfs een laagje verse poedersneeuw op de toppen van de bergen. Iedereen ging op eigen tempo richting Corvara, waar de eerste opwarmpas kon worden geklommen, de passo Campalongo.  Ijskoud, maar in de zon en strakblauwe lucht. Onze volgwagen met chauffeur en redder in nood Bart stond op een aantal strategische plekken op het parcours. Daar kon je kleren wisselen en de nodige versnaperingen tot je nemen. Je kunt beter dit soort stops en rustpunten niet overslaan. Je moet goed blijven eten en drinken per slot van rekening. Iedereen rijdt dezelfde eerste ronde, de Sella Ronde tot in Arabba. Van daaruit kon gekozen worden om terug te gaan naar het hotel of om door te gaan voor de middellange route via passo Falzarego of…de lange variant via de beruchte passo Giau. Het weer is tussen de middag nog uitstekend, echter de eerste wolken tekenende zich wel af aan de horizon. Bart houdt vakkundig contact met alle deelnemers en is inmiddels een belangrijke steun voor de laatste bergpassen uit het parcours. Velen nemen de langste route en komen de Giau, hardhandig tegen. Het blijkt een kreng van een beklimming. Bovenop wacht wel een bijzonder aardig restaurant met erg vriendelijk barpersoneel. Dat helpt velen om flink op de pedalen te blijven staan naar de top. 

Gi-au!

Bovenop de Giau zien veel deelnemers de dreigende buien steeds zwaarder worden. Bijna iedereen heeft in het laatste deel van de tocht wel regen op de helm gehad. De een wat meer dan de ander. 

Uiteindelijk vindt iedereen zijn weg, zonder noemenswaardige incidenten, terug naar het hotel. De deelnemers druppelen één voor één binnen. Sommige hebben in de stromende regen ook nog het toetje van de Mur dl Giat verorbert en konden daarna voldaan aanschuiven in de bar van het hotel.  

Er was daadwerkelijk voor iedereen een versnelling die dag en er brak zowaar veel saamhorigheid en gezelligheid op zaterdagavond uit.

Tijdens het avondeten werd er alweer flink gediscussieerd over de volgende clubtour bestemming. Het lobbyen is alweer gestart. 

Actieve terugreis

Zondag stond in het teken van de terugreis. Voor sommige een gezellige puzzeltocht door Oostenrijk en Duitsland om de files van die dag te ontwijken. Whatsapp locatiedelen als trouwe metgezel. 

Al met al kijkt iedereen terug op een geweldige week en een zeer geslaagd clubevenement. Met dank aan leden van de evenementencommissie.

Wielertraining op de baan 2021

Afgelopen dinsdag 20 juli hebben de Lingerenners een techniektraining gevolgd op de wielerbaan in Tiel.

De techniektraining, met het thema “*de kracht van techniektraining bij wielrennen”* bestond uit traptechniek, bochten rijden, formatie fietsen, etc. en duurde ongeveer 1,5 uur.
De baan kent een aantal heuveltjes en bochten waar de techniek van het wielrennen optimaal kon worden geoefend.

Er werd getrained in verschillende niveaugroepen (B of C) met maximaal 20 deelnemers per groep.